Aardappelverwerking wereldwijd op stoom - Rabobank ziet zelfde prijsstijging als frituurondernemers
In dit artikel:
Rabobank’s nieuwste World Potato Map laat zien dat de wereldwijde verwerking van aardappelen snel groeit, vooral de export van diepgevroren producten zoals friet. Tussen 2019 en 2024 steeg de exportwaarde van bevroren aardappelproducten van 7,7 miljard naar ruim 13 miljard dollar. Tegelijkertijd zijn productiekosten en prijzen flink opgelopen, iets wat Nederlandse cafetariahouders ook direct voelen: de wereldwijde prijsstijging komt vrijwel één op één overeen met de extra kosten die zij voor een doos friet betaalden.
Traditionele exporteurs als Nederland, België, Duitsland en de VS verliezen marktpositie aan nieuwkomers; China, India en Egypte zijn van importeurs uitgegroeid tot producenten en exporteurs (India +45% per jaar, China +79%). In Europa en Noord‑Amerika daalt de consumptie van verse aardappelen, terwijl de vraag naar bewerkte producten stijgt. In opkomende markten is frietconsumptie nog laag maar groeit snel.
Nederland blijft echter een belangrijke speler: bijna de helft van de wereldhandel in pootaardappelen komt uit Nederland. De sector staat wel onder druk door klimaatverandering, strengere water- en gewasbeschermingsregels en beperkte opbrengstgroei per hectare. Zoals Paul Oosterlaken (Kiremko) opmerkt: “Een frietfabriek bouwen heeft alleen zin als er voldoende geschikte aardappelen in de regio beschikbaar zijn.”
Voor de frituurbranche betekent dit blijvende inkoopdruk, grotere waarde aan betrouwbare leveranciers en herkomsttransparantie, kansen voor onderscheid via duurzaamheid en noodzaak tot strakke prijs- en kostenbeheersing (oliegebruik, opslag, porties).