Van akker tot snackbar: Limburgse teler stapt in frietproductie bij Bex
In dit artikel:
Akkerbouwer Chiel van den Eertwegh uit Kessel (Limburg) is sinds vorig jaar mede-eigenaar van frietproducent Bex BV. Door zijn circa 50 hectare frietaardappelen (voornamelijk ras Agria) rechtstreeks te verwerken in de nabijgelegen fabriek — op ongeveer vier kilometer van zijn land — houdt hij meer opbrengst over aan de oogst en behoudt hij volgens eigen zeggen de echte aardappelsmaak. In plaats van voorgebakken of te verwerken met warmte, schilt en snijdt Bex de aardappel koud en verpakt ze koelvers zonder toevoegingen; de friet blijft zo ongeveer acht dagen houdbaar.
Bex BV produceert al ruim 35 jaar dagverse friet en andere aardappelproducten voor horecazaken, cafetaria’s en snackbars in Nederland, Duitsland, België en Oostenrijk. De fabriek in Kessel onderscheidt zich van grote industriële verwerkers door de korte keten en de koude verwerking, en beschikt over een eigen wagenpark voor leveringen in Nederland en het Ruhrgebied; buiten die regio werkt het bedrijf met externe transportpartners. Sinds Van den Eertwegh’s instap is ook uitbreiding van opslagruimte op het fabrieksterrein gepland, wat verdere integratie van teelt en verwerking mogelijk maakt.
De integratie van teler en producent sluit aan bij een bredere ontwikkeling in de frituurwereld: meer ondernemers kiezen voor directe afzet en eigen regie om kwaliteit en rendement te verbeteren — een voordeel dat volgens Van den Eertwegh extra belangrijk is gezien de lage marktprijzen voor vrije frietaardappelen in 2025. Mede-eigenaar Anke Heijligers-Bex benadrukt dat de samenwerking vakmanschap in productie combineert met teeltkennis, en dat groei veelal via mond-tot-mondreclame loopt; Duitse horecazaken raken volgens haar steeds meer geïnteresseerd in de verse “Höllandische Pommes”.
De oorsprong van Bex gaat terug tot eind jaren tachtig toen oprichter Arno Bex begon met verse frietproductie; opgebouwde proceskennis en productontwikkeling vormen volgens het bedrijf een moeilijk kopieerbaar voordeel. De familie Van den Eertwegh past hetzelfde korte-ketenprincipe ook toe op de afzet van rundvlees van hun 170 Parthenaise-koeien, waardoor ze zowel voor aardappelen als vlees directe contacten met afnemers benutten voor betere kwaliteit en marge.
Kort gezegd: door de teler eigenaar te laten worden van de verwerking ontstaat een lokaal, traceerbaar product met nadruk op smaak en versheid, terwijl de korte keten de economische positie van boer en frituurondernemer versterkt.